rasbeschrijving
Classificatie volgens de Fédération Cynologique Internationale (FCI)
De Mini Bull Terriër behoort tot de derde groep van dit klassement: de Terriërs. De honden die tot deze groep behoren, zijn vooral kleine honden. Ze hebben stevige kaken in combinatie met een sterke, krachtige fysiek, vastberadenheid en het vermogen om te doden. De Terriërs werden eigenlijk vooral gebruikt om te jagen op de ratten. Wat het ras ook is, het zijn dus honden met een (strijdlustig) karakter. De Mini Bull Terriër behoort meer bepaald tot sectie 3 van deze groep, namelijk de Bull Terriërs zoals de American Staffordshire Terriër en de Staffordshire Bull Terriër.
Historiek
De kleine versie van de Bull Terriër staat bekend sinds de 19e eeuw. Dit ras werd echter gedurende verschillende jaren opgegeven voor de eerste wereldoorlog. Het ras werd zelfs verwijderd uit het register van de Kennel Club in 1918. In 1939 was het opnieuw begeerd en werd er een club opgericht. De standaard is identiek aan die van de Bull Terriër maar dan in een kleiner formaat.
Fysieke kenmerken
De Mini Bull Terriërs worden niet groter dan 35,5 cm. Er is geen beperking wat betreft het gewicht. Het is een zeer gespierde, compacte hond en hij is krachtig gebouwd. Hij heeft een stevig lichaam dat overgaat in een gespierde, lange hals zonder losse keelhuid (wammen). Het lichaam is afgerond met een diepe borst. De rug is kort en eveneens zeer gespierd. Zijn ribben zijn duidelijk gewelfd, de dijen zijn krachtig en gepierd. Ook zijn ledematen dragen bij aan zijn zeer gespierd lichaam, met een stevig gestel. Zijn voeten zijn rond en compact met goed gebogen tenen. Zijn staart is kort, laag aangezet en horizontaal gedragen. Dik aan het begin, daarna in een fijne punt uitlopend. Het hoofd van de Mini Bull Terriër is erg karakteristiek en doet denken aan de vorm van een rugbybal; lang, sterk en eivormig. De bovenkant van de schedel is nagenoeg vlak. Zijn onderkaak is zeer sterk. Zijn ogen zijn zwart of bruin (zo donker mogelijk), lijken smal en zijn schuingeplaatst en driehoekig. De kleine oren zijn dun, dicht bij elkaar geplaatst en worden rechtop gedragen. De vacht van de Mini Bull Terriër kan variëren. Bij de witte soorten moet het om een zuiver witte beharing gaan. Pigmentvlekken in de huid en aftekeningen op het hoofd dienen niet te worden bestraft. Bij gekleurden, moet de kleur het wit overheersen. Zwartgestroomde vacht, rood, reekleurig (fawn) en driekleur zijn toegestaan. Zijn beharing is kort, vlak, aanliggend, gelijkmatig en voelt hard aan. Zijn ondervacht daarentegen is zachter in de winter.
Gevoeligheden welzijn
De levensverwachting van de Mini Bull Terriër wordt geschat op 13 jaar. Dit ras heeft een vaak voorkomende erfelijke ziekte, namelijk doofheid. Daarom moeten de honden getest worden (BAER-test: Brainstem Auditory Evoked Response). De Bull Terriër heeft gevoelige knieschijven (frequente luxatie) en heupen (dysplasie). Andere ziekten waaraan dit ras onderhevig is, zijn hartaandoeningen (mitralisklep en subvalvulaire aortastenose), de nieren, de huid (bijvoorbeeld allergieën, vooral de witte soort) alsook neurologische aandoeningen. De Mini Bull Terriër is vooral gevoelig voor de huidaandoening Pyodermie. Dit is een bacteriologische infectie die meestal wordt veroorzaakt door een overgroei van de normale flora op de huid en die met medicatie, meer bepaald antibiotica, kan worden behandeld. Neurologische aandoeningen zijn een grote zorg voor de kwekers van Mini Bull Terriërs. Bij dit ras komt namelijk vaak epilepsie voor (relatief vaak bij onze hondenrassen) maar ook obsessief-compulsieve stoornissen (OCS). Samen met de Dobberman is de Mini Bull Terriër een van de rassen die hiervan het meest last heeft. Dit leidt ertoe dat het dier rondjes draait rond zijn staart en hevig met zijn hoofd tegen de muur begint te stoten. De oorsprong van deze problemen is niet echt gekend; het kan gaan om een slechte assimilatie van zink of het kan ook erfelijk zijn. Hoe dan ook is de Mini Bull Terriër zeer gevoelig voor stress. Daarom moet zijn baasje ervoor zorgen dat hij goed gestimuleerd wordt en evenwichtig is. Een andere erfelijke, dodelijke metabolische ziekte waarvoor de Bull Terrier gevoelig is, is dodelijke acrodermatitis. Dit zou gelinkt zijn met een slechte assimilatie van zink wat leidt tot groeiachterstand, voedingsproblemen en huidaandoeningen, spijsverterings- en ademhalingsproblemen. Het is ook goed om te weten dat de Mini Bull Terriër veel vreemde lichamen aanmaakt, met andere woorden, hij eet alles op wat hij vindt. En dat is gevaarlijk! Men moet dus tot een jaar en half goed opletten maar ook daarna moet men hiervoor aandachtig blijven. Voor zijn onderhoud is een wekelijkse kambeurt aanbevolen.
Advies over de opvoeding
De Mini Bull Terriër is een zeer sterke hond die overloopt van energie, moed, volharding en soms zelfs wat koppig is (karaktertrekje van zijn voorouders, de Terriër) waarbij hij evenwichtig en stabiel is. Het is een aangename levensgezel want hij is aanhankelijk, speels en blaft weinig. Met zijn opvoeding moet tijdig worden aangevangen. Deze moet nauwlettend en strikt zijn maar altijd zonder brutaliteit. Als hij op een appartement moet blijven, houdt hij er niet van om alleen te zijn en kan hij grote schade aanrichten. Hij heeft veel lichaamsbeweging nodig.
bron: https://tipaw.com/nl/ras/miniatuur-bull-terrier